Ann W. Mogelijk gemaakt door Blogger.
RSS

Ann droomt over haar tweede bevalling (en deelt haar zorgen)

Van mijn tweede zwangerschap zou ik meer kunnen genieten. Ik zou me minder zorgen maken en minder angst hebben, o.a. voor de bevalling. Ik heb het allemaal toch al een keer gedaan? Yeah right. Ik steek nog een praline in mijn mond en denk na over mijn droom vannacht die toch wel het tegendeel bewijst. 20 weken ben ik intussen zwanger en er zijn al heel wat dromen de revue gepasseerd. Meestal gaven ze me een fijn gevoel. Dromen waarin ik de heldin was, ontsnapte van de slechteriken en mijn angsten overwon. Tot vannacht. Om vier uur werd ik wakker met het meest fijne en tegelijk ook beangstigende gevoel.

Blijkbaar is het normaal dat je tijdens de zwangerschap vaker droomt. Zwangere vrouwen hebben een langere REM- of droomslaap en slapen minder vast. Daardoor worden ze vaak wakker tijdens die REM-slaap en kunnen ze zich hun dromen bijgevolg ook goed herinneren. Nu, ik slaap zelden erg vast en droom dus sowieso geregeld, maar tegenwoordig lijkt het wel een explosie van nachtavonturen in mijn hoofd. Soms is het heel duidelijk wat een droom betekent, maar deze van vannacht hoop ik al schrijvend verder te analyseren en van me af te zetten. Daar gaan we.

Het eerste beeld dat ik me herinner is een ziekenhuisbed waarin ik met mijn pasgeboren dochter lig te slapen. Ik word wakker en naast mij ligt een slapend roos wezentje met een bruine haardos. Ik lach wanneer ik haar zie en ruik aan haar haren. Iets wat ik trouwens bij mijn zoontje ook vaak doe, heerlijk knus. Blijkbaar is ze nog maar net geboren. Mijn man en mijn peuter zijn niet op de kamer. Ik herinner me dat ze bij de oma gingen slapen.

Intussen begin ik een beetje rusteloos te worden en ga rechtop zitten. Babydochter begint te mopperen. Ik ga ervan uit dat ze honger heeft, haal mijn tepel boven en wil haar aanleggen. De onzekerheid steekt de kop op. Hoe ging dat ook allemaal weer in zijn werk? Wanneer is zo'n kleintje goed aangelegd? Mijn dochtertje opent haar kleine mond en ik schrik. Deze blijkt al vol tandjes te staan. Ze heeft een volwaardig mini-gebit! Ik denk terug aan de borstvoeding met de kleine zoon (tanden = bijten) en zie het plots niet meer zitten om borstvoeding te geven. Heeft ze eigenlijk sinds haar geboorte al eten gehad? Ik maak me zorgen en besluit op de rode knop te drukken om hulp te vragen.

Een verpleegster komt binnen en wijst me erop dat het niet verstandig is om recht te zitten. Ik zou beter blijven liggen. Ze vertelt me dat de bevalling nogal zwaar was. Juist ja. Ik schrik en besef dat ik me die fameuze bevalling niet kan herinneren dus vuur ik allerlei vragen op de nietsvermoedende verpleegster af. Heb ik een epidurale gekregen? Nee, daarvoor is de bevalling te snel gegaan. Om hoe laat is mijn dochter geboren? 3u54, vier à vijf uur nadat mijn water gebroken was. (Hm, zouden de gelijkenissen met de recente bevalling van een vriendin toeval zijn?) Heeft de vroedvrouw weer mee moeten duwen? Ja. Hebben ze me moeten knippen? Ja. (En deze keer was de knip zelfs nog groter dan bij mijn eerste bevalling.) De verpleegster waarschuwt me dat ik snel pijn zal beginnen voelen aangezien de pijnstiller die ze me gegeven hebben bijna is uitgewerkt.

Ik sta op het randje van een huilbui omdat ik me niets van de afgelopen nacht herinner.

Als laatste vraag ik de verpleegster of ik mijn dochter na de geboorte bij mij heb mogen houden. En vooral, heeft ze niet veel later voor het eerst borstvoeding gekregen? Blijkbaar niet. Na de bevalling was ik flauw gevallen en hebben ze me laten slapen. Mijn dochtertje heeft intussen al een flesje gekregen. Ik ben enorm teleurgesteld en heb meteen schrik dat ze nu niet meer van de borst zal willen drinken.

Met behulp van de verpleegster besluit ik haar toch aan te leggen. Het laatste wat ik me herinner is het beeld van mijn tepel waar maar een druppel melk uit wou komen. En als dat nog niet erg genoeg was, bleek de melk niet meer geel te zijn. (Voor de leken: De moedermelk die je de eerste dagen na de bevalling produceert heeft een gele kleur en heet colostrum. Colostrum zit onder andere boordevol anti-stoffen en is dus erg belangrijk voor je pasgeborene.)

Mijn ogen gaan open, de droom is voorbij en laat een gelukkige maar ook verwarde zwangere vrouw achter.

Zo ben ik wel blij. Ik voel me dicht bij mijn ongeboren kindje (waarvan we vermoeden dat het een dochter is, maar nog steeds geen zekerheid rond hebben). Enthousiast laat ik aan mijn man weten dat ik in mijn droom ons tweede kindje gezien en geknuffeld heb. Een intiem moment. Maar achter dat enthousiasme gaan ook heel wat angsten en onzekerheden schuil die in deze droom aan bod kwamen:

  • Zo weet ik dat tweede bevallingen doorgaans sneller verlopen dan eerste en onze kleine man was op zeven uur geboren. Wil dat zeggen dat ik zoals die ene vriendin zonder epidurale zal moeten bevallen omdat daar simpelweg geen tijd voor zal zijn?
  • Zal ik deze keer zonder hulp van de vroedvrouw kunnen bevallen? Tijdens de eerste bevalling heeft ze op mijn buik moeten duwen. Dat was vooral een onaangename ervaring, maar daarnaast gaf het me ook het gevoel dat ik mijn kindje niet alleen ter wereld heb kunnen brengen. Eerste test als mama: gebuisd. (Mijn verstand weet dat dit een absurde redenering is, maar in mijn hart is dat altijd blijven wringen.)
  • Tijdens de eerste bevalling hebben ze me moeten knippen. Er zijn ergere dingen, maar erg fijn vond ik de dagen na de bevalling nu ook weer niet. Vooral zitten ging erg moeilijk.
  • Zal de borstvoeding deze keer beter gaan? De kleine man kwam vier weken te vroeg. Gevolg: een "luie" baby die niet sterk genoeg kon zuigen. Ook al heb ik zes à zeven maanden borstvoeding gegeven, het is nooit vanzelf gegaan. Ik heb altijd moeten bijkolven en ik heb niet het gevoel dat het ooit een simpelweg fijne ervaring voor mij is geweest. (En toch zou ik het zo terug doen, daar niet van.)
  • Om nog maar te zwijgen van die keren dat de kleine man op mijn tepels gebeten heeft. Niet zo handig voor je borsten als je kleintje al op drie maanden tanden begint te krijgen.

Ik probeer mijn angsten los te laten en me vol vertrouwen over te geven aan de onzekerheden van de toekomst. Ook al waren er heel wat minpunten aan de vorige bevalling, het moment waarop je dat kleintje voor de eerste (en de tweede en de derde en ...) keer in je armen houdt is goud waard. Het verlangen naar dat moment is momenteel groter dan de som van al mijn angsten. 

Maar als ik een glazen bol had, zou ik toch wel even in de toekomst willen kijken en die angsten hopelijk wat sussen.


Hoe hebben jullie je tweede zwangerschap ervaren? Was dat voor jullie wel meer genieten en minder angsten/zorgen? 

  • Digg
  • Del.icio.us
  • StumbleUpon
  • Reddit
  • RSS

Zwangerzilla

Zwangerzilla, dat is de koosnaam die manlief me de laatste weken gegeven heeft. En ik kan hem geen ongelijk geven. Ik was absoluut niet de beste versie van mezelf. Moeheid, misselijkheid en moodswings lagen aan de basis van mijn niet zo aangename toestand. Bovendien heb ik het gevoel dat ik alle mensen die ik graag zie en de dingen die ik normaal graag doe, zwaar verwaarloosd heb. Plots leek ik:

1. Een slechte schrijfster/blogster

Zwanger zijn bracht allesbehalve de Shakespeare in mij naar boven. Het zorgde ervoor dat ik niet wou creëren, maar eerder genoot van wat anderen op de wereld afvuurden. Elk vrij moment ging naar luilekker in de zetel hangen, series zien, lezen of slapen.


Ik kon het niet opbrengen om tijdens de middagdutjes van de kleine man de televisie even af te zetten en achter mijn laptop te kruipen. Schrijven? Wat is dat? 

2. Een slechte echtgenote

Voor de feestdagen was de man drie weken weg en dat betekende afzien. Ik zat toen nog volop in de 'heel erg moe en misselijk zijn' fase met mijn veeleisende peuter in huis. Terwijl de wederhelft en ik anders levendig contact onderhouden, was elk mailtje of elke sms nu een hele opgave. Dat gebrek aan aandacht kon ik eenmaal mijn man thuis was allerminst compenseren. Hij kreeg enkel humeurigheid, een gebrek aan seks en iemand die nog maar een half steentje kon bijdragen (en dan nog maar een klein half steentje).

3. Een slechte (schoon)dochter

"Gaat het wel met jou?" vroeg mijn moeder. Waarom ze me die vraag stelde? Wel blijkbaar reageerde ik nogal kortaf. Ik moest ook toegeven dat ik me nogal gauw irriteerde in bepaalde dingen die ze vertelde. Terecht? Niet echt. Ze deed eigenlijk niets verkeerd.

Van mijn man kreeg ik vervolgens de raad een beetje verdraagzamer te zijn. Ik geef het niet graag toe, maar weer had hij gelijk. Ik merkte dat ik de laatste tijd nogal kort door de bocht kon gaan. Geen tijd en energie om aan omwegen te besteden. Gewoon zeggen wat ik dacht. Vandaar dat ik ook voor het eerst in tien jaar kortaf gedaan had tegen mijn schoonvader. Het moest er ooit eens van komen. (Als ik nog één negatieve opmerking moet horen over het samen slapen...)

Daarnaast was ik eveneens meer in mezelf gekeerd. Aan conversaties hoefde ik niet persé deel te nemen. Niet zelden kreeg ik de opmerking dat ik de laatste tijd nogal stil was. Vroeger had me dat dwars gezeten. Nu had ik totaal geen nood om hier iets aan te veranderen. Ik had gewoon geen fut over om een levendige conversatie te onderhouden. Het interesseerde me niet.

Op dit vlak is er eigenlijk nog niet veel veranderd. Oeps.

4. Een slechte vriendin

Waar ik wel spijt van heb, is dat ik veel minder steun aan mijn vrienden kon geven dan ik zou willen. Aan mijn twee beste vriendinnen bijvoorbeeld die toch weer elk hun eigen moeilijkheden hebben. "Er lijkt een storing op ons contact te zitten," vertelde één van hen. Die storing is mijn baby. De simpele waarheid is dat het zwanger zijn 70 procent van mijn energie vroeg en mijn gezin de andere 30. Intussen probeer ik terug meer de balans te bewaren. 

5. Een slechte therapeute

Wat ik zeker ook niet geworden ben is de nieuwe Freud. Niet zelden dwaalden mijn gedachten tijdens een therapeutische sessie af naar mijn honger, de baby in mijn buik of gewoon door de moeheid die concentratieproblemen veroorzaakte. Gelukkig leken de jongeren mij dat te vergeven.

6. Een slechte chauffeur

In de schuif heb ik een bordje liggen "Sorry, ik ben blond." (Bedankt schoonmama voor de hint.) Intussen had ik nog een bordje "sorry, ik ben een mama" en "sorry, ik ben weer zwanger" kunnen gebruiken. Voorlopig heb ik nog geen grote, levensgevaarlijke situaties gecreëerd maar ik vermeed dan ook bewust de rijweg zo veel als mogelijk.


Neem ik mezelf dat nu allemaal kwalijk? Het meeste niet. Ik weet dat ik er weinig aan kon doen. Het was een zware eerste trimester die veel van mijn energie vroeg. En dat nieuwe leven in mijn buik komt nu eenmaal eerst. Ik ben misschien in veel slecht geweest, maar een goede broedmachine was ik tot nu toe al wel. 

Gelukkig begint intussen de tweede trimester iets beter. Nog wel met misselijkheid en de occasionele braaksessie, maar eveneens met meer energie en een blik die niet alleen naar mezelf maar ook terug meer naar de wereld rond mij gericht is. 

  • Digg
  • Del.icio.us
  • StumbleUpon
  • Reddit
  • RSS

It's the most wonderful time of the year (en nog groot nieuws)

Kerstmis, het blijft mijn favoriete tijd van het jaar. Niet zo gek dat ik een dik jaar geleden schreef over happy times en nu datzelfde gevoel ervaar. Jaja, Ann is een gelukkig mens. Behalve dan dat ze niet zo veel kan schrijven en bloggen als ze zou willen (maar daar kom ik zo meteen nog even op terug).

Vorige week hebben we ons huisje weer helemaal versierd. Geen plekje in het huis dat me er niet aan herinnert dat het bijna Kerstmis is. De kleine sneeuw- en kerstmannen op de kasten, de kerstboom met de vele kleurrijke lichtjes, ... 


Het kan me echt niets schelen dat het elke dag grijs is buiten, dat het regent en dat ik een serieus tekort aan zon heb. Ik zit momenteel toch het liefst van al lekker binnen, met een warme kom soep of een tas thee en mijn twee ventjes in de buurt. Meer heb ik niet nodig.

De afgelopen dagen waren grotendeels gevuld met het kopen van cadeaus en het inpakken ervan. Ik besef dat Kerstmis voor overconsumptie zorgt, maar toch blijf ook ik er bewust aan meedoen. Dingen geven en krijgen vind ik nog steeds geweldig. Ik zeg wel tegen mijn man dat hij niets voor me moet kopen, maar ik ben heel blij dat hij op dat vlak niet naar me luistert. Als een klein kind zoek ik op kerstavond naar de cadeaus met mijn naam op en ik kijk er reikhalzend naar uit om ze te openen. Consuminderen is voor de andere 364 dagen van het jaar.

Maar waar ik vooral van houd, is hoe Kerstmis mensen samen brengt. Het is de tijd van het jaar dat je iets hoort van een oude vriend die je bijna vergeten was, dat je gezellig en warm binnen zit met de mensen die het meeste voor jou betekenen, dat je nog eens kan bijpraten met familieleden die je doorheen het jaar amper ziet. Het is een periode die in het teken staat van liefde, geven aan elkaar en geven aan het goede doel.

Toegegeven, niet voor iedereen zijn de feestdagen zo geweldig. Want wat als je net iemand verloren bent die je graag ziet? Wat als je man juist tijdens de feestdagen in het buitenland moet werken? Wat als je helemaal niet van familiefeesten houdt en het enkel vervelende sociale verplichtingen voor je zijn? 

Omdat Kerstmis dit jaar voor mij wél een mooie tijd mag zijn, ben ik heel dankbaar. Blij met alles wat ik heb en vooral wie ik heb.
Dankbaar voor mijn man, still going strong na al die jaren.
Dankbaar voor mijn lieve kleine peuter die me geregeld kusjes en knuffels komt geven.
Dankbaar voor mijn moeder die altijd voor me gezorgd heeft, samen met mijn broers.
Dankbaar voor mijn schoonfamilie die ik echt graag heb.
Dankbaar voor mijn beste vrienden die het allemaal weer relatief goed stellen.
En het meest van al, dankbaar voor het nieuwe gezinslid dat op komst is. Want ik ben 13 weken zwanger! Ik zei toch dat ik een goed excuus had ;-)


Dus als je weinig van me hoort, weet dan dat ik elk vrij moment kotsmisselijk en uitgeput in de zetel hang. 

Weet ook dat ik het schrijven, bloggen en jullie mis. (Ik hoop dat het binnenkort allemaal wat beter zal gaan.)

Maar voor nu, fijne feesten allemaal! <3

  • Digg
  • Del.icio.us
  • StumbleUpon
  • Reddit
  • RSS

Eigen-aard-igheidjes

Het karakter van je kind zou al snel tot uiting komen. Zeker als je een oplettende mama bent die al die kleine nuances in het gedrag van haar baby meteen ziet. Zo'n mama ben ik dus niet. Tijdens de babyperiode viel me niet veel bijzonders op. Alles leek goed te zijn voor onze kleine jongen, behalve fruitpap eten en gaan slapen. Intussen kan ik er niet naast kijken: onze zoon is al een echt mensje geworden met zijn eigen voorkeuren. Hij kan al heel duidelijk maken wat hij leuk vindt en wat niet. (Veel makkelijker dan de babytijd waarin ik er maar het raden naar had.)

Dit is onze nu 19 maanden oude peuter en al zijn eigen-aard-igheidjes.


- Tegenwoordig is zijn nieuwe hobby het verplaatsen van voorwerpen. Het kommetje van de thee haalt hij uit de kast waarna ik het in de dvd-kast of bij de leesboekjes terugvind. Er lag ook al een balletje in de schuif bij het schrijfgerief, een (gelukkig nog gesloten) pakje poezeneten in zijn speelgoedbak en zijn speelgoedbestek dropte hij onlangs in de keukenkast naast de thee. Jammer genoeg durft er af en toe ook iets in de luieremmer of de vuilbak verdwijnen. En wie mag dat er dan uitvissen?

- Stapt hij niet door het huis op één van ‘voorwerpverplaatsqueestes’ dan staat de peuter aan de dvd-kast met een doos van Plop in zijn handen. Als ik niet snel genoeg kom, steekt hij het schijfje wel zelf in de Playstation. Hij is gewoonweg verslaafd aan Kabouter Plop, die met de kabouterbaby is zijn all time favorite. (Inderdaad, dat is de film die ik intussen al kotsbeu gezien ben.)

- Als ik tijdens het badmoment zijn haar nat wil maken, moet hij persé recht gaan staan. Geen ontkomen aan. Alsof hij moet en zal voorkomen dat er water in zijn gezicht komt. Iets waar hij enkele maanden geleden helemaal geen probleem mee had.

- Hem afdrogen na zijn badje is lange tijd een groot drama geweest. Ook al was hij het spelen in bad beu, ook al gaf ik hem een paar minuutjes op voorhand een waarschuwing dat het bijna gedaan was of maakte ik heel duidelijk dat ik hem ging afdrogen. Niets leek te helpen. Tot mijn man ontdekte dat het beter ging wanneer hij mocht blijven rechtstaan. Hij wou blijkbaar absoluut niet nat op de verschoontafel gelegd worden.

- Intussen is hij ook dikke vriendjes met zijn blauwe, knuffelzachte badjas. Terwijl ik hem afdroog zit hij er demonstratief naar te wijzen. (Aandoen aub!) Al verschijnt dat wijzende vingertje tegenwoordig ook op eender welk moment van de dag. Probeer maar eens aan een peuter uit te leggen waarom je buiten een jasje moet aandoen en geen badjas.

- Geduld heeft hij trouwens niet. Het afdrogen kan niet snel genoeg gaan en hij kan absoluut niet wachten tot zijn pamper aan is vooraleer ik zijn blauwe vriend aandoe.

- En niets is beter dan daarna lekker in zijn zeteltje voor de tv hangen. Met Plop natuurlijk.


- Ontbijten is altijd zoeken. De ene dag wil hij een groot stuk boterham zonder korst, de dag erna graag een groot stuk boterham met korst, de dag daarna moet ik zijn boterham in kleine stukjes doen en om de week af te sluiten weigert hij gewoon überhaupt brood te eten.

- 's Middags wil hij wel een boterham, maar alleen met soep of wat rauwe groenten erbij. (Toch niet alleen brood mama.) Het liefst kerstomaatjes of schijfjes komkommer.

- Verder moet ik toch zeggen dat we een lief kind hebben. Geregeld komt hij een kusje (lees: zijn mond wagenwijd open op die van mij zetten) of een knuffel geven. Te schattig voor woorden? Ik denk het wel.

- Ik haalde nog maar net opgelucht adem bij het zien van Inges klimmende peuter op La vie en mama, of die van ons is er ook mee begonnen. Geen stoel is nog veilig. En als hij niet op een stoel staat, probeert hij wel in zijn box te klimmen of op de salontafel. Dat is mijn job tegenwoordig: onze acrobaat constant overal vanaf halen.

- Op de trap klimt hij al lang, maar intussen weet de kleine man gelukkig dat hij mama of papa moet roepen en niet alleen naar boven mag. Slimme peuter.

- Auto’s, daar is hij nu al enige tijd zot van. Zo lang het wielen heeft, kan het meneer zijn interesse wekken. Het is een echt jongetje. Op dat vlak dan toch.

- Zijn andere hobby's zijn dansen en fictieve gerechten maken in zijn keukentje (die mama dan natuurlijk moet proeven). 

Ongetwijfeld gaan zijn interesses en voorkeuren nog verschuiven. Zo sta ik nu al te trappelen om te ontdekken wat voor kleuter hij zal worden. 

Het grote voordeel is dat ik dat als thuisblijfmama van op de eerste rij mag meemaken. Lucky me!

En wat is het karakter van jullie baby, peuter, kleuter, ...? Zijn jullie wel oplettende ouders die dat tijdens de babyperiode allemaal al in de mot hadden?

  • Digg
  • Del.icio.us
  • StumbleUpon
  • Reddit
  • RSS

Het plezier van samen slapen

Op de valreep, mijn laatste post voor boostyourpositivity. Ik ben wat aan de late kant, maar ik heb een goed excuus. Beloofd. Daarover later meer (knipoog knipoog).

Het laatste thema ging over kinderen en de quality time die je met hen doorbrengt. Tijd voor het nageslacht heb je als thuisblijfmama voldoende. Maar weet je waar ik de laatste tijd pas echt van geniet? Samen slapen. De blonde haartjes van mijn zoontje tegen mijn wang voelen kriebelen, zijn kleine vingers die mijn wijsvinger stevig vasthouden, de geur van zijn pas gewassen pyjama en zwitsal naast mij, luisteren naar zijn steeds dieper wordende ademhaling terwijl ik zelf helemaal tot rust kom. Hemels.

bron: themominmemd.files.wordpress.com

De laatste vier maanden overnacht de kleine man bij ons in het grote bed en slaapt hij eindelijk door. Joepie! We hebben ons evenwicht gevonden. Maar daar is een hele zoektocht aan vooraf gegaan.

Zij die mijn blog al even volgen, weten dat slapen lange tijd een hekel punt is geweest. Onze kleine man is alles behalve een goede slaper te noemen. Maandenlang werd hij steevast om 1 à 2 uur 's nachts wakker, dronk hij een fles melk en duurde het vaak uren vooraleer hij terug de slaap kon vatten. Ik zie me nog gebogen en gebroken over de rand van zijn bed hangen, mijn zoontje strelend over zijn borstje in de hoop dat hij snel weer in slaap zou vallen. Wat zelden gebeurde. Met een wanhopige mama tot gevolg.

Alles hebben mijn man en ik geprobeerd: de baby apart leggen (in zijn eigen bedje en zijn eigen kamertje), zijn bedje bij ons op de kamer zetten, de kleine man bij in het grote bed nemen, de speciale verzadigingsmelk voor het slapen gaan, allerlei slaaprituelen installeren, in slaap wiegen, niet meer in slaap wiegen... zelfs laten wenen. Ook op medisch vlak begonnen we naar mogelijke oorzaken te zoeken. Als je het kan bedenken, wij hebben het gedaan. Samen slapen dus ook. Alleen hebben de wederhelft en ik dat nooit volgehouden uit angst om een deel van onze intimiteit en ons seksleven te verliezen. (Niet dat je nog veel seks wil als je zo moe bent.)

Het keerpunt kwam pas tijdens onze vakantie met de Volkswagenbus afgelopen augustus. Zeven dagen sliep de kleine man tussen mijn man en mij in. Zeven nachten heeft hij doorgeslapen. Een week hebben de wederhelft en ik kunnen bijslapen. We voelden ons weer mens. Waw! Eenmaal thuis hadden we echt geen zin om die peuter weer apart in zijn eigen bedje te leggen en te vervallen in het oude patroon van de slapeloze nachten. Onze nood aan slaap won het van onze eerdere angsten en twijfels.


Waar ik een beetje van geschrokken ben, zijn de reacties uit onze omgeving. Vooral van mijn schoonouders. “Daar ga je nog spijt van hebben” mopperde mijn schoonvader onlangs nog. We zouden ons zoontje te hard verwennen, slechte gewoontes aanleren en vooral nooit mee in het grote bed mogen nemen. Dat was echt het slechtste dat we ooit hadden kunnen doen. Tja, te laat.

Ach, eigenlijk schrik ik niet zo erg van hun reactie, want tot voor kort waren mijn man en ik ook geen voorstander van samen slapen. Een kind hoort in zijn eigen bed; zo had ik het geleerd. Dat is wat onze ouders ons altijd verteld hebben en wat de meeste mensen in onze nabije omgeving als norm hanteren. Tot een dik jaar geleden, toen onze vroedvrouw me vertelde over het natuurlijk ouderschap en hoe samen slapen in vele landen de meest normale zaak ter wereld is. Ze vertelde bovendien dat het helemaal niet gevaarlijk is (mits enkele voorzorgsmaatregelen) en dat het zowel voor ouder als kind een fijne ervaring kan zijn.

Ik was niet meteen overtuigd, maar haar visie is blijven hangen. Nu ben ik zelf helemaal (of toch grotendeels) voor.

Wist je trouwens dat samen slapen verschillende voordelen heeft? 
- De kans op wiegendood is kleiner omdat het kind niet naar de diepste slaapfasen gaat. 
- Je slaapt effectief beter omdat je als ouder sneller kan inspelen op de noden van je kind. Je kind moet niet wakker worden en beginnen wenen vooraleer hij bijvoorbeeld zijn fopspeen terug krijgt. 
- Er zijn minder bedtijdproblemen omdat gaan slapen niet met alleen zijn geassocieerd wordt. 
- Kinderen die de eerste levensjaren samen geslapen hebben, zouden meer zelfvertrouwen en eigenwaarde hebben.
- Ze zouden ook minder angstig zijn en meer tevreden in het leven staan. 
- Het zorgt voor een hechte band tussen ouder en kind, en binnen het gezin. 

Ik heb me inderdaad nog nooit zo fijn, knus en hecht gevoeld met mijn twee ventjes als nu.

De nadelen die mijn man en ik vreesden, blijken trouwens niet gegrond. Als je echt intiem wil zijn, vind je wel een manier. Dan houdt een kleine peuter in je bed je niet tegen :-)


  • Digg
  • Del.icio.us
  • StumbleUpon
  • Reddit
  • RSS

Waarom ik toch foto's op Facebook blijf zetten

Facebook zou ons ongelukkig maken; dat tonen verschillende onderzoeken aan. Mensen die vaak op Facebook zitten, zijn ervan overtuigd dat anderen gelukkiger zijn dan hen. Ze hebben geen leuke job in het buitenland zoals hun nicht. Ze hebben geen gelukkig huwelijk zoals die ene vriendin. Ze zijn niet naar een exotische bestemming op reis geweest zoals hun broer. Zo stelt de 25-jarige student Sociologie Koen Damhuis die nu ook een boek over het onderwerp geschreven heeft. Facebook zou ons vooral laten zien wat we niet bereikt hebben. Zelf zou ik zo ver niet durven gaan. Maar dat Facebook ook nadelen heeft, dat staat vast.


Winnaars en verliezers

Damhuis heeft het al gauw over meer dan Facebook alleen en legt de link met onze maatschappij waar er zo veel mogelijkheden zijn dat het eerder een vloek wordt in plaats van een zegen. We kunnen studeren wat we willen, gaan werken waar we willen, trouwen met wie we willen (of net helemaal niet)… De wereld ligt aan onze voeten en ons succes ligt in onze eigen handen. Zij die niet slagen, moeten bijgevolg wel iets verkeerd gedaan hebben. Zij zijn verliezers, losers. Facebook zou daar een weergave van zijn. We propaganderen ons succes aan de wereld: "Kijk eens wat een mooie kindjes ik heb. En wat een goed rapport hadden ze bij! Zijn wij nu geen gelukkig gezinnetje?" Ook ik maak me al eens schuldig aan de occasionele gezins- of vakantiefoto. Maar doe ik dat dan om reclame te maken voor mijn succes of om te bewijzen dat ik geen verliezer ben?

En wat met onze jeugd?

Ook Miss Mila, de bloggende thuisblijfmama met de vaak kritische pen, wees onlangs in haar post Facebook depressie op de goednieuwsshow die zich op Facebook afspeelt. Maar wat als je geen geld hebt om te reizen, op restaurant te gaan of wat als je kinderen geen geweldig rapport hebben? In your face! Zo zou Facebook veel volwassenen onzeker maken. Miss Mila stelt zich vervolgens heel terecht de vraag: Als het al zo'n effect heeft op volwassenen, welke invloed moet Facebook dan niet op onze jeugd hebben?

Op TEJO, de organisatie waar ik therapie geef aan die jeugd, kregen we enkele jaren geleden bezoek van Paul Verhaeghe. Een Gentse psycholoog en hoogleraar die veel schrijft en geschreven heeft over onze maatschappij. (Zijn boek Identiteit staat nog op mijn to read-lijstje trouwens.) Verhaeghe vertelde over het individualisme in onze samenleving. Je moet succesvol zijn, desnoods ten koste van de ander. Dat merk ik in het werkveld ook: vele jongeren zijn eenzaam en er rust een grote druk op hun schouders. Ze moeten het maken in een wereld waar het ieder voor zich is, waar je succes moet hebben en moet winnen (populair zijn). 

Als je leeftijdsgenoten op Facebook geweldige foto's plaatsen, honderden vrienden hebben en al even veel vind-ik-leuks, dan krijg je al snel het gevoel dat die ander meer heeft, cooler is, mooier is, … Met andere woorden, dat jij een loser bent. 

Het einde van Facebook?

Afgelopen vrijdag zat er een 15-jarige jongen bij mij in therapie. Hij wist me te vertellen dat zijn leeftijdsgenoten en hij steeds minder Facebooken. Het zou niet meer zo 'in' zijn. Misschien zijn de jongeren al dat cyberstoefen ook wel beu.

Waarom blijf ik het dan toch doen?

Dat er heel wat minpunten aan Facebook verbonden zijn, is geen nieuws. Waarom post ik dan nog steeds af en toe een leuke vakantiefoto of een foto van ons schattig ventje? Dat is heus niet omdat ik mijn geluk lekker in het gezicht van mijn familie en vrienden wil wrijven. Het antwoord is heel eenvoudig: omdat ik die dingen graag wil delen met de mensen die ik graag zie. Het is zoals het citaat dat McCandless in één van zijn boeken had aangeduid zegt: “Happiness only real when shared.” Mijn geluk is pas compleet als ik het met naaste vrienden en familie kan delen. Mijn Facebookaccount telt dan ook slechts vijftig 'vrienden' en ik deel mijn foto's enkel met een selectief groepje van 'goede vrienden'. 

Naast al die nadelen mogen we dus het belangrijke voordeel van Facebook niet vergeten: het is een medium dat mensen met elkaar verbindt. Mits het met de juiste intenties gebruikt wordt, kan Facebook zeker en vast ook iets moois zijn.

Het geheim voor een tevreden mens

Hoe kunnen we dan toch beroep blijven doen op Facebook, maar wel een einde brengen aan de gelukswedstrijd die er zich afspeelt? Volgens Damhuis ligt het antwoord in het verlagen van je verwachtingen. We moeten leren aanvaarden dat ons leven middelmatig is. Pas dan kunnen we tevreden zijn met wat we hebben en stoppen met er bovenuit te willen steken. Het zou nu eenmaal niet middelmatig noemen als het niet de norm was en een norm ontstaat als dit het geval is bij de meerderheid van de mensen. Maar ja, wie wil er nu een middelmatig leven? 

Alhoewel, als dat een gelukkig en gezond leven is, dan is daar eigenlijk niets mis mee.


  • Digg
  • Del.icio.us
  • StumbleUpon
  • Reddit
  • RSS

Zo draag ik zorg voor mijn lichaam (en geest)

Wist je dat geluk een spier is die je kan trainen? Toen ik de opdracht van Oon las, viel me vooral de vraag op hoe je de balans tussen lichaam en geest bewaart. Want balans, dat is iets waar ik al lange tijd naar op zoek ben. 

Originele foto: www.paleomadesimple.nl

Enkele jaren geleden las ik 'Geluk, The World Book of Happiness' waarin wetenschappers, dokters, filosofen, ... hun visie op geluk delen. Eén bladzijde heb ik gekopieerd en in mijn nachtkastje bewaard. Op deze pagina vertelde een Britse psycholoog Miriam Akhtar hoe iedereen voor zijn eigen geluk kan zorgen door zich te focussen op die activiteiten die hen gelukkig maken. Des te vaker je die dingen doet, des te gelukkiger zal je worden.

Intussen heb ik al een hele weg afgelegd. Ik heb geleerd wat ik nodig heb om gelukkig te zijn.  Ik weet dus in principe welke activiteiten ik voorop moet stellen om een tevreden mens te zijn. Toch durf ik het al eens vergeten. Ken je dat? Weten wat belangrijk is om je goed te voelen (ik denk aan gezond eten, veel bewegen, ...) en toch weer zo snel in 'slechte gewoonten' vervallen.

Daarom leek het me een goed idee om 'mijn geboden' ofwel de dingen die ik (op dit moment in mijn leven) nodig heb om me goed in mijn vel te voelen op een rijtje te zetten. Een lijstje om af te drukken en op mijn ijskast te hangen.

1. Kook zo veel mogelijk zelf. Zo weet je wat je eet én eet je gezonder.
Bovendien heeft het iets heel natuurlijk om voor je eigen voedsel te zorgen.

2. Eet voldoende groenten en fruit. 
Groenten is niet echt een probleem. Ik hou van slaatjes en soep. Maar fruit, dat eet ik echt zo tegen mijn zin! Gelukkig helpt het om een peuter in huis te hebben, een fruitmoment te houden en een mama te moeten zijn die het goede voorbeeld geeft.

3. Drink veel water (en weinig frisdrank)
Mijn grootste verleider is cola. Een lekker koud glas Coca Cola. Mmmm.

4. Ga wandelen.
Dat is mijn lichaamsbeweging sinds de komst van de kleine man. Ik heb gemerkt dat ik me daarna beter voel en meer energie heb. Wat niet gek is, want na een wandeling komen er endorfines vrij die effectief zorgen voor een beter gevoel. Wanneer ik wandel denk ik eerst na, dan heb ik de beste ideeën voor een verhaal of voor mijn blog en uiteindelijk komt de stilte. Rust.

5. Doe elke ochtend je zonnegroet.
Het is een stiekeme droom om ooit op reis voor de tent als een echte hippie mijn zonnegroet te doen. Hihi.

6. Lees geen roddel-, mode of lifestyletijdschriften.
C. o. m. p. l. e. t. e. tijdverspilling. Vroeger las ik al wel eens de Flair en later ook Libelle. Tot ik me realiseerde dat ik veel liever mijn eigen ding doe dan in een boekje te lezen hoe ik mijn haar zou moeten doen, welke kledij ik zou moeten dragen en hoe mijn huis er zou moeten uitzien. Als ik het lees, houd ik er toch onbewust rekening mee. Ik kan het dus beter gewoonweg niet lezen.

7. Knuffel elke dag minstens tien minuten met je zoontje.
Soms durf ik het al eens vergeten: een moment nemen om samen met mijn zoontje in de zetel te zitten. Er gaat niets boven zijn kleine armpjes om me heen geslagen te voelen en nog eens aan zijn heerlijke haartjes te ruiken.

8. Neem niet te pas en te onpas medicatie.
Tijdens mijn zwangerschap heb ik gemerkt hoe snel ik eigenlijk naar medicatie grijp terwijl het ook best zonder gaat. Bovendien heb ik het gevoel dat te veel medicatie nemen eerder schadelijk is dan helend voor mijn lichaam. 

9. Verspil zo weinig mogelijk.
Het is al even geleden dat ik de voedselverspilling in ons huis trachtte te stoppen maar ik blijf er nog steeds extra aandachtig voor. Ook voor verspillen in het algemeen. Zo zorg ik niet alleen voor mezelf maar ook voor onze aardbol.

10. Zit niet te veel op sociale media.
Ik probeer maximum twee keer per week op Facebook te gaan. Sociale media zijn een grote tijdrover en echt beter voel ik me na een Facebooksessie niet.

11. Neem elke maand een dag voor jezelf en een dag voor je man.
Zo onderhoud ik de relatie met mezelf en met de wederhelft.

12. Je hobby's zijn belangrijk, maar je gezin nog belangrijker.
Een herinnering om me niet in het schrijven, bloggen of therapie geven te verliezen (want stiekem ben ik best ambitieus) en op tijd prioriteiten te stellen.
In the end, they are all that matter.

Als ik me aan deze twaalf geboden houd, voel ik me beter in mijn vel. Dan ben ik in balans. Of toch bijna :-)


Hoe dragen jullie zorg voor je lichaam (en geest)?

  • Digg
  • Del.icio.us
  • StumbleUpon
  • Reddit
  • RSS