Ann W. Mogelijk gemaakt door Blogger.
RSS

En toen werd ik... hoogsensitief

Ik weet het, hoogsensitief wordt je niet ineens. Dat ben ik waarschijnlijk altijd al geweest. Toch wist ik dat een jaar geleden nog niet. Toen zat ik nog op het diepste punt van mijn depressie. Op momenten werd het me allemaal zo veel dat ik huilend in een hoekje in elkaar kroop. Intussen is er veel veranderd: mijn autistische zoontje (bijna officieel!) is zindelijk en gaat naar school, mijn dochter is een peuter die zelfstandig en genoeg eet (vaarwel eetproblemen en eindeloze kopzorgen), we hebben een poetsvrouw waardoor er tijd en ruimte is om extra met ons zoontje aan de slag te gaan (dag schuldgevoel), ik ben in therapie gegaan, heb me verdiept in mindfulness en meditatie, mijn man en ik zijn volop uit onze relatieproblemen aan het klimmen, … én vooral: ik heb geleerd dat ik hoogsensitief ben.

Origineel: studiokind.nl

Intussen is er een nieuw jaar gestart en ben ik klaar voor een nieuw begin. Meer en meer kan ik terug genieten van mijn leven, mijn relatie en mijn gezin. Ook ben ik blij met de kansen die 2017 (aka het meest ellendige jaar van mijn leven) me geboden heeft. De kans om mezelf op een heel andere manier te leren kennen, om te leren wie de meest dierbare mensen in mijn leven zijn, op wie ik écht kan rekenen, wie/wat me energie geeft versus energie vraagt én om te zoeken naar antwoorden op vragen die zich niet langer laten wegduwen. Vragen zoals: Waarom lijkt alles bij mij zo veel moeizamer te gaan dan bij anderen? Waarom voel ik me al heel mijn leven anders?

Neem nu werken. In 2007 heb ik mijn eerste diploma (Bachelor in de Toegepaste Psychologie) behaald. Nadien heb ik acht maanden gewerkt op een dagcentrum binnen de Bijzondere Jeugdzorg. Daar begeleidde ik jongeren en hun ouders, en stond ik in een leefgroep. Elke avond kwam ik kapot thuis, op van de stress en vermoeidheid. Ook stages hebben altijd veel van me gevraagd. Niet alleen het werken, maar ook de verplaatsingen die doorgaans met het openbaar vervoer of met de auto door de (toen nog niet zo grote) monsterfiles waren. In plaats van jong en vol zin in het leven, geraakte ik helemaal gedemotiveerd. Ik kon het niet opbrengen om het leven te leiden waar zo veel anderen met plezier voor leken te kiezen.

Jaren heb ik me staande kunnen houden. Ik werkte wel, maar op mijn manier: vrijwillig en slechts enkele dagen per week. De rest van mijn tijd spendeerde ik aan schrijven, reizen en verbouwen. Alles ging goed. Tot mijn man en ik besloten om aan kinderen te beginnen.

Eén kind kon ik best bolwerken. Mijn zoontje was een vrij gemakkelijke baby. Naast het overdreven veel zeuren (waardoor ik af en toe wel een pauze van hem nodig had), was het een braaf kereltje. Toen nummer twee er bijkwam, is het echter faliekant misgelopen. Mijn leven werd te zwaar; ik kon het niet meer aan. Hadden andere ouders het ook zo moeilijk? In een gesprek met mijn schoonouders polste ik naar hun ervaring met het grootbrengen van twee kinderen. Mijn schoonmoeder is immers ook thuisblijfmama geweest en heeft twee kinderen grotendeels alleen opgevoed. Volgens haar ging het, en ik citeer, “allemaal vanzelf”. De moed zonk me in de schoenen en ik geraakte ervan overtuigd dat het aan mij lag.

Dat is misschien wel gedeeltelijk zo, maar niet om de reden die ik toen dacht.

Vorig jaar bleek mijn zoontje autisme te hebben. Naast vragen zoals “Hoe pakken we hem het beste aan?” gingen mijn man en ik ook nadenken over ons eigen functioneren. Even heb ik met de gedachte gespeeld dat ik misschien autisme had, maar dat beeld heeft altijd meer bij mijn man gepast. Wat ik echter wel bij mijn zoontje herkende, is zijn hoge gevoeligheid (voor emoties van anderen, geluiden, drukte, ...). Niet veel later las ik een artikel over het boek van Fleur van Groningen waarin ze haar ervaring met hoogsensitiviteit beschrijft. En de bal begon te rollen…

Moe zit ik nu in mijn favoriete koffiehuisje. Overal om me heen zijn er lichten en geluiden. Ik heb me in een hoekje gezet met de rug naar de meeste mensen zodat ik een minimum aan beweging zie. De gesprekken probeer ik naar de achtergrond te verdrijven, maar ik hoor geregeld toch stukken van zinnen of de serveerster die beleefd een koffie naar haar klanten brengt. De spanning begint zich op te bouwen in mijn nek en als ik hier te lang blijf zitten, zal ik ongetwijfeld met hoofdpijn naar huis terugkeren.

Het boek 'Leven zonder filter' is tot nu toe een feest van herkenning. De gevoeligheid voor geuren, visuele prikkels zoals fel licht, de emoties van anderen (vb. het ochtendhumeur van mijn man of mijn meisje dat overstuur is wanneer ze (weeral) een tand krijgt), het haarscherp aanvoelen van de emoties/gedachten/gezichtsuitdrukkingen van gesprekspartners, … Menigtes zijn absoluut niet aan mij besteed (zo hou ik van Kerstmis, maar haat ik de kerstdrukte), in groepen stel ik me eerder afzijdig op en in een taverne zet ik me best met mijn gezicht naar een muur of je kan geen deftig gesprek met me voeren. Eindelijk kan ik dat alles en meer in het hoogsensitieve plaatje passen.

Nu snap ik waarom ik extra van streek ben als één van de kinderen huilt of waarom ik niet tegen ruzie maken kan (de boosheid van anderen kan ik niet verdragen). Waarom ik gek word van luid en druk spel en elke week nood heb aan één kinderloze dag. Of waarom ik Bumba definitief de ruimte in zou willen schieten en de rust van Tik Tak (of helemaal geen televisie) prefereer.

Mijn hoogsensitieve aard beïnvloedt mijn moederschap ongetwijfeld op nog veel meer gebieden. In mijn voordeel, maar ook in mijn nadeel. Nu ik mij hier bewust van ben, kijk ik er enthousiast naar uit om te ontdekken wat het juist betekent om mama én hoogsensitief te zijn. Plus... te leren het beste te maken van die combinatie. Wat een geweldig voornemen voor dit jaar! Dat én verder bouwen aan mijn geluk.

Wordt vervolgd...

  • Digg
  • Del.icio.us
  • StumbleUpon
  • Reddit
  • RSS